Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say
Posts gesorteerd op relevantie tonen voor zoekopdracht Jose Saramago. Sorteren op datum Alle posts tonen
Posts gesorteerd op relevantie tonen voor zoekopdracht Jose Saramago. Sorteren op datum Alle posts tonen

donderdag 18 september 2014

Kaïn


Geschreven door Jose Saramago in 2004. Dit boek heb ik er maar meteen achteraan gelezen. Het was een dunnetje en weer een digitale editie gebaseerd op de eerste druk. Vertaald door Maartje de Kort.

Saramago is communist en duidelijk een antitheïst. Maar zoals zoveel antitheïsten kent hij zijn Bijbel beter dan menig christen.
In dit boek, wat ook zijn laatste is ( 2009; hij overleed in 2010) rekent hij af met god. Hij is weer zo’n letterlijke lezer die struikelt over allerlei ingrediënten uit de Bijbelverhalen.
Kaïn krijgt na de moord op zijn broer Abel van God de belofte dat niemand hem zal kunnen doden. Daartoe krijgt hij een teken op zijn voorhoofd(?)
Gen 4: 15 Maar de HEER beloofde hem: ‘Als iemand jou doodt, zal dat zevenmaal aan hem worden gewroken.’ En hij merkte Kaïn met een teken, opdat niemand die hem tegenkwam hem zou doodslaan.

Saramago vindt het van God ook heel oneerlijk om het offer van Kaïn niet aan te nemen en van Abel wel.
Kaïn sterft niet en Saramago laat hem wat tijdreizen door de oudste verhalen van de Bijbel. Alles wat Kaïn/ Saramago ziet wordt ten nadele van God uitgelegd. Zo krijg je de indruk dat Kaïn rechtvaardiger is dan God en aan het eind denkt Kaïn Hem een loer te draaien door, meevarend op de ark van Noach, de ‘acht zielen’ overboord te gooien zodat God nooit meer opnieuw kan beginnen. '....en zo zal er niets meer te vertellen zijn'
Tsja....

Soms moest ik ook wel weer grinniken om de ironie van Saramago. Wanneer Kaïn aankomt bij de toren van Babel in aanbouw gaat hij zich aanbieden maar heeft al dagen niet gegeten en heeft geen woonplaats:
wat dan, Ik heb geen slaapplaats, Dat is gauw opgelost, ik zal je een mat bezorgen en ginds is een herberg, ik praat wel met de eigenaar, Je bent een barmhartige samaritaan, dat is zeker, zei Kaïn, Samaritaan, vroeg de opzichter geïntrigeerd, wat is dat, Weet ik niet, het schoot er zo uit, zonder na te denken, Ik weet niet eens wat het betekent, Je hebt meer in je hoofd dan je gezien je uiterlijk zou zeggen,”
Nee, ik ben geen leestekens vergeten, zo schrijft Saramago.

Zijn vrouwenstandpunt is ook wel komisch. “Het is te zien dan je vrouwen niet kent, ze zijn tot alles in staat als dat in hun hoofd opkomt, het ergste en het beste, ze kunnen afzien van een kroon om het hemd van hun minnaar te gaan wassen in de rivier, of ze lopen alles en iedereen overhoop om op een troon te kunnen zitten,”
Nog eentje, een wat filosofische:
“Anders dan meestal wordt beweerd, staat de toekomst al geschreven, wij weten alleen niet hoe we de bladzijden moeten lezen, zei Kaïn terwijl hij zich afvroeg waar hij dat revolutionaire idee vandaan had,”
Hier zal ik maar stoppen, dat is beter voor de gemoedsrust van de lezer.

Voor gelovige tere zielen is dit geen aanrader.

zondag 29 juli 2018

De stad der blinden



Geschreven door Jose Saramago in 1995. Ik las een vijfde druk uit 1999 die ik in de kringloopwinkel vond.
Eerder las ik van hem ‘de stad der zienden’ en ‘Kain’.


Ik wist dat zijn interpunctie beroerd was maar ik moest er toch weer even aan wennen.
Het is een allegorie. In een stad worden van het één op het andere moment mensen blind. Niet zwart blind maar wit blind; ze kijken in ‘melk’. De witte ziekte.
Wat te doen? Is het besmettelijk misschien? De eersten die blind zijn geworden worden apart gezet in een leegstaand gekkenhuis. De mensen die met hen aanraking zijn geweest worden in een andere vleugel in quarantaine geplaatst. Wie daar alsnog blind wordt moet ‘overlopen’.


De regering geeft beloftes af voor de eerste levensbehoeften en soldaten bewaken de boel.
In een zaal van het gekkenhuis ontstaat een groepje blinden van het eerste uur. De eerste blinde; later wordt zijn vrouw toegevoegd, een oogarts die die eerste blinde heeft onderzocht en ook blind werd. Een vrouw met een oogontsteking en daarom een zonnebril draagt; zij ontfermt zich weer over een blind, scheel jochie dat zijn moeder is kwijtgeraakt.
Een man met maar één oog en voor het andere oog een zwart lapje draagt. En zo nog een paar. Op die manier blijft Saramago hen ook noemen.
Stel je dat eens voor: een groepje mensen die plotsklaps blind zijn geworden en in een vreemde omgeving worden gedumpt. Dat wordt een zooitje. Toiletten die niet op tijd worden gevonden, zieken waar geen hulp voor is, een dame die ongesteld moet worden.
Alles wordt zeer realistische beschreven door Samarago.

Maar voor de groep uit deze eerste zaal is er een lichtpuntje: de vrouw van de oogarts is niet blind maar heeft alleen maar gezégd dat ze blind werd om zo bij haar man te kunnen blijven.
‘Wie ogen heeft die kijke. Wie zien kan neme waar.’
Dat wordt de redding voor deze groep want in het land der blinden is éénoog al koning, laat staan iemand met twee ogen.
Ze moet echter wel oppassen dat niemand anders dat merkt.
Dan beschrijft Saramago heel kleurrijk, soms heel heftig en vaak met ironie wat het met mensen doet die aan zichzelf zijn over geleverd. Iemand moet bijvoorbeeld de leiding nemen. Over één zaal gaat dat nog wel maar wanneer er veel meer mensen komen van andere zalen en het eten wordt zo nu en dan op een grote hoop gedumpt en moet over alle zalen verdeeld worden dan komt leiden in last.
Wanneer dan een leider van een andere zaal ook nog eens een pistool heeft...en dus de macht.
Tel uit je winst. Mensen verworden tot dieren.
De vrouw van de oogarts is een moreel hoogstaand mens en blijft haar best doen voor haar groepje. Bijna tot ze er zelf bij neervalt.

Ik moest denken aan ‘Lord of the Flies’ van William Golding. Een boekje dat we vroeger moesten lezen in onze lessen Engelse literatuur.
Ook dat gaat over machtsstructuren en wat het doet met mensen.
Je wordt er niet vrolijk van. Er zijn inderdaad mensen die kwaad doen om het kwaad zoals Safranski al betoogde en wat Saramago in dit boek ook beschrijft.

Af en toe is hij lekker filosofisch, bjvoorbeeld wanneer het voormalig gekkenhuis in de fik vliegt:
‘Gelukkig, zo heeft de geschiedenis van de mensheid aangetoond gebeurt het niet zelden dat iets slechts iets goeds met zich meebrengt, over de slechte dingen die door goede worden meegebracht wordt minder gesproken, onze wereld hangt van zulke tegenstrijdigheden aan elkaar.’

En humoristisch:
‘Ze blijven dicht op elkaar gedrukt als een kudde, niemand van hen wil het verloren schaap zijn want ze weten op voorhand dat geen enkele herder hen zal gaan zoeken.’

En heel vaak met onderkoelde ironie:
‘De twee soldaten van de escorte, die op het bordes waren gebleven, reageerden voorbeeldig op het gevaar. Hoe en waarom weet alleen God, maar ze bedwongen hun terechte angst, stapten naar de drempel van de deur en schoten hun magazijnen leeg.’